In het kamp van ACT op Kwamalasamutu vond op dinsdag 1 april 2014 een historische overeenkomst plaats tussen Wuta, Amashina en Kamanja. De laatste bracht een bezoek aan zijn oude woonplaats. De overeenkomst was geen schriftelijke, maar de mondelinge uitkomst van de gedachten die werden gewisseld mag als bindend worden beschouwd.
Na een half uur durende krutu tussen de drie sjamanen werd besloten om een aanvang te maken met documentering van medicinale planten tegen de desbetreffende ziekten of verschijnselen. Minu Parahu, de nieuwe program-director van ACT Suriname, reageerde verheugd op dit nieuws. Het documenteren van de medicinale planten, de samenstelling en bereidingswijze zal op hun manier en in hun eigen taal gebeuren. Toch wilde Parahu het besluit van de mannen met enige voorzichtigheid benaderen. “Hoe staat het dan met teki a koni (stelen van kennis)? Daarmee moeten we voorzichtig zijn, want daarvoor is ACT niet hier. Dit besluit juich ik toe, maar bespreek dit toch eerst met de dorpsleiding,” aldus Parahu.
In 1999 begon ACT Suriname het eerst op Kwamalasamutu vanwege de oude band die Mark Plotkin – president van moederorganisatie ACT – had met het dorp aan de zuidgrens. Eén van haar eerste programma’s was het Shaman Apprentice program waarin lokale bewoners zich konden opgeven om leerling sjamaan te worden. Het aantal in leven zijnde sjamanen was toen op de vingers van een hand te tellen. Bovendien waren de meeste al op hoge leeftijd. Een van de oorzaken waren de invloeden van buiten die hebben geleid tot verlies van cultuur.
Amashina leidt het Shaman Apprentice program, maar ook Wuta en Kamanja hebben hoge kennis van medicinale planten. Kamanja werkte vroeger voor CI en ACT en verhuisde later, na de ontdekking van de grotten van Werehpai, naar Urunai, een dorpje van nog geen zeventig zielen aan de Braziliaanse kant van de zuidgrens. Het gebied is een savannegebied en heeft een totaal andere vegetatie dan Kwamalasamutu waar het regenwoud domineert.
Wanneer gesproken wordt over medicinale planten dan gaat het niet alleen om bladeren en wortels maar ook om de bast en lianen van bomen. “Wat je hier niet kan vinden, groeit bij Kamanja en omgekeerd, zegt Wuta die de krutu leidde. De Trio beseft dat ongeschreven kennis op den duur verloren zal raken en dat documentering de onderlinge kennis zal verhogen. “Voor aids en hiv hebben we nog geen middel, maar we kunnen slangenbeet, verkoudheid, busi yasi, bepaalde vormen van kanker en nog meer ziekten genezen! Met dit besluit willen we de traditionele geneeswijze weer oppakken. Het mag niet verloren gaan. Ik wil vooruitgang voor ons volk; en ook voor de wereld.”